zondag 2 december 2012

Hoofdstuk 5: Tautolos


Ik was nog pas 16 toen ik mijn man leerde kennen. Ik was bezig met een studie die mij totaal niet lag en ik vertoonde dwars pubergedrag. Gevolg hiervan was dat ik me zelf heel volwassen ging afmelden bij de schooldirecteur. Ik zat tegenover deze man en zei heel stoer dat ik na de kerstvakantie niet meer terug zou komen. Daarbij maakte ik meteen duidelijk dat ik ook niet om te praten was. Meneer de directeur was het helemaal niet eens met mijn beslissing, ik was nog leerplichtig, dus ik moest gewoon naar school. Ja tuurlijk joh! En daar zal ik me wat van aantrekken? Dacht het niet!

Na de kerst begon voor mij dus een lange vakantie. Mijn ouders konden praten als Brugman om mij terug te laten keren naar school, maar helaas ging dat niet lukken. Aangezien mijn moeder niet van plan was om alle dagen met een rebelse dochter thuis te zitten, werd ik er wel op gewezen dat ik maar een baantje moest gaan zoeken. Zo gezegd zo gedaan.

Ik kreeg een baantje in een bollenschuur bij familie, en verdiende mijn eigen centen. Uiteraard lieten mijn ouders het hier niet bij zitten. Natuurlijk prachtig dat ik niet thuis zat, maar mijn ouders waren van mening dat er veel meer in mij zat. En dat ik ook veel meer zou kunnen bereiken in mijn leven. Uiteindelijk kwamen wij tot een compromis, werd ik op mijn fiets gezet en naar het eerst volgende dorp gestuurd waar een HAVO was. Ik moest mij daar maar gaan melden bij de directeur. Als ik namelijk heel stoer zelf de beslissing kan nemen om te stoppen met een opleiding, dan was ik ook stoer genoeg om mijzelf weer aan te melden bij een andere opleiding.

Gelukkig werd ik aangenomen en 2 jaar later had ik mijn HAVO diploma op zak. Ik had mezelf opgegeven voor een vervolg studie op de Frederik Mueller Academie voor een opleiding tot bibliothecaris en archivaris voor de duur van vier jaar, en daar was ik voor aangenomen.

Vier jaar, mompelde ik tegen mijn man. Dat betekend dat ik al 22 jaar oud ben als ik mijn studie afrond. Dat betekend dat we dan pas misschien gaan samenwonen. Ik zag dat helemaal niet zitten. Ik voelde mijzelf volwassen, ik had een eigen mening en ik was toe aan een eigen plek om mijn eigen dingen te doen. Daarmee wil ik niet zeggen dat ik het niet fijn had bij mijn ouders, maar het was wel tijd om uit te vliegen.

Zo makkelijk gezegd, zo makkelijk gedaan. Wonder boven wonder hadden wij binnen 3 weken een huis. 19 jaar en al op eigen benen.  Na het inrichten van ons huisje, was er geen spaargeld meer over om een auto te kopen. Toch was die auto heel belangrijk voor ons. Mijn man was zijn eigen bedrijfje gestart, en daar had hij vervoer voor nodig.

Nadat wij de problematiek hadden voorgelegd bij de broer van mijn man, konden wij een geld bedrag lenen om ons autootje te kopen. Het werd een witte Corsa, met geblindeerde ramen, achterin een laadruimte, voorin 2 stoelen en een stuur. Precies geschikt voor ons. We waren toch maar met zijn tweeën. Meer heb je niet nodig.

Je auto showen, ook al was hij gefinancierd door mijn zwager is natuurlijk het mooiste wat je kan doen. Wat een enorm bezit. Zo gingen wij op een zaterdagochtend op weg naar Waalwijk. Mijn mans vader woonde daar, en het was een twee in één rit. Gezellig op de koffie, en meteen onze nieuwe auto laten zien. Maar helaas bij de Coentunnel in Amsterdam ging het mis. We belanden met onze nieuwe derdehands auto in een kettingbotsing. De voorzijde werd doorboord door een trekhaak, de achterzijde geramd door 2 andere auto’s. Onze nieuwe auto zat letterlijk in de kreukels. Daarbij probeerde de voorganger bij het wegrijden onze auto te stelen. Deze zat namelijk nogal vast op de trekhaak.

Gelukkig was er geen lichamelijk letsel te betreuren, en konden wij snel uit de tunnel gehaald worden. Ons autootje was overleden, dat konden wij als leek wel zien. Weg autootje, weg centjes.

Lang konden we niet treuren over het verlies van de witte Corsa. De tijd was aangebroken om op jacht te gaan naar de volgende auto. Dat werd een mooie zilver grijze Simca Horizon. Bruin getinte ramen, luxe bekleding, automaat met cruise controle, wat wil je eigenlijk nog meer.

Met deze auto waren we toch echt van plan om de rit naar Waalwijk te maken, en zo gezegd zo gedaan. De Coentunnel kwamen we zonder schade door. Het was wel even moeilijk want de kettingbotsing zat nog vers in ons geheugen. Maar alles ging gelukkig goed.  Totdat wij op de brug bij Zaltbommel kwamen. Het was inmiddels donker geworden, en het begon te regenen. Dus de ruitenwissers moesten hun werk gaan doen. Na wat gepiep en gekraak lieten deze zwabberaars het helaas afweten. Om ongelukken te voorkomen reden wij direct de snelweg af, en zochten een parkeerplaats op, om na te zien wat er onder de motorkap aan de hand was. Niet dat wij nou zo technisch waren, maar ja, kijken kan altijd.

Na heel professioneel een aantal rukken aan de motorkap te hebben gegeven, ging deze eindelijk open. Bij het schijnsel van een lantaarnpaal die even verderop stond, keken wij naar de ingewanden van de auto.  Aangezien wij natuurlijk niets konden zien, zonder dat de auto in actie was, werd ik achter het stuur gezet en kreeg de opdracht om de ruitenwissers hun werk te laten doen. Bij het aanzetten van de wiswas installatie hoorde ik mijn man roepen dat hij gevonden had wat het probleem was. Er was namelijk een stangetje ……. En dat was dan meteen het einde van het verhaal, het stangetje waar het omging, schoot los en belande in het onverlichte grasveld waar wij bij stonden. Weg was het stangetje, weg was de mogelijkheid om het probleem te repareren. Natuurlijk hebben wij samen gezocht of we het voorwerp konden vinden, maar ja het regende ontzettend hard, er was weinig licht van de lantaarnpalen en het werd daardoor een soort van “een naald in een hooiberg zoeken”.

Toen wij weer drijfnat in de auto zaten, hebben wij toch even wat overdenkingen gehad hoe het nu verder moest. Op zich was Waalwijk niet ver, maar de weg vervolgen via de snelweg, dat was te gevaarlijk. Uiteindelijk hebben we de ruitenwissers op een dusdanige positie gezet dat wij ruimte hadden om er onder door te kijken. Langzaam vervolgde wij onze weg over binnen weggetjes en na zeer lange tijd bereikten wij dan eindelijk Waalwijk.

De volgende dag moest er toch een oplossing gezocht worden voor de ruitenwissers. Wij moesten namelijk weer terug naar huis en het regende nog steeds. Ik weet nog goed dat wij een super oplossing met waslijn gemaakt hadden. Beide ruitenwissers werden met elkaar verbonden en wij hadden ieder via het raam een touwtje in de hand. Doormiddel van een harde ruk aan het touw gingen de ruitenwissers omhoog en naar beneden. De weg naar huis was een zeer lange en moeizame weg, die bestond uit het steeds roepen van ja, als we een ruk aan het touw  hadden gegeven.

Uiteindelijk hebben wij natuurlijk ontzettend veel lol gehad, vooral om de voorbijgangers die onze uitvinding bekeken.  We hadden zoveel bekijks, dat sommige bestuurders zich weer terug lieten zakken om het nogmaals te aanschouwen. Ach ja… noem het creatief met touw. Je moet toch wat en wij waren er mee gered. Na een uur stopte het gelukkig met regenen en hebben we de rest van de reis in redelijke rust kunnen volbrengen, maar wel met de blaren op onze handen.


1 opmerking: