dinsdag 18 december 2012

Hoofdstuk 18: Uurwerk


Uurwerk
Stilte vult de leegte
Van het eens zo overvolle lawaai
Stilstand maakt een einde
Aan het eeuwig kronkelend gedraai

Ruisend rollen zwarte golven aan
Op het helder witte strand
Geruisloos stagneert ’t krakend uurwerk
Door ’n alsmaar dwingende hand

Doch ooit zal de stilte
Die nu de leegte vult tot stilstand komen
En zal de ongevulde leegte
Kronkelend eindigen in overvol lawaai

Ooit zullen helder zwarte golven
Brekend op mijn ruisend witte strand aankom
Dan zal ook ’t krakend uurwerk
Weer lopen door een vrien’lijk handgedraai
                                                                                   Juni 2002

Moeilijke beslissingen zijn genomen. Het wordt tijd voor een nieuwe toekomst. Het leven zal nooit over een rechte weg gaan en dagelijks komen wij op kruispunten waar gekozen moet worden welke kant we op gaan. Uurwerk is mijn laatste gedicht. Nu wij gekozen hebben voor een leven zonder kinderen, merk ik dat ik toch stil ben blijven staan in de jaren dat we bezig waren met zwanger worden. En daar bedoel ik mee dat we stil zijn blijven staan, wachtend op het baby geluk, zodat wij met zijn drieën een stap zouden zetten in de toekomst.

Nu we weten dat we die stap niet gaan maken, valt er toch ook een last van mijn schouders. Het stoppen met de clomid is zo wie zo een positief iets. De laatste maanden voor mijn zwangerschap vloog het mij echt aan. Ik kon weinig hebben, en zelfs de mensen waarvan ik hield werden niet gespaard in mijn agressie. 

Eindelijk rust. Mijn man en ik hebben allebei een gevoel van opluchting. Eén ding waar we het vrij snel over eens zijn, is dat we willen verhuizen. Weg uit de polder, weg uit de wijk die alleen maar ’s avonds leeft. Allebei willen we graag naar Medemblik toe. Het stadje aan het IJsselmeer waar mijn man zijn jeugd heeft doorgebracht. Een stadje waar je zomers lekker een terrasje kunt pikken, waar heel veel toeristen en zeilers komen, en waar je in de winter heerlijke wandelingen langs de havens kunt maken. Een nieuwe kans voor ons om ons leven zonder kinderen op de rit te krijgen.

Het vinden van een nieuw huis is natuurlijk ook niet zomaar wat. Maar één ding was meteen duidelijk. Het moest geen nieuwbouw huis worden in de wijken die aan de rand van Medemblik lagen. Als we daar voor zouden gaan, dan zou er niets veranderen.

Na heel wat speurwerk vonden we ons nieuw huis. De eerste keer dat ik het betrad, had ik al een goed gevoel er bij. Dat kwam niet zo zeer omdat het mooi ingericht was, of omdat het nieuw was. Nee in tegendeel. Het huis was gebouwd in 1930. Alles was oud. Er zaten mooie glas in loodramen in. De voor en achterkamer werden gescheiden door originele schuifdeuren, en de keuken was nog nooit vervangen. Dit zou ons nieuwe huis worden, ik wist het gewoon. Natuurlijk, moest er een algehele verbouwing komen, want douchen moest je bijvoorbeeld in een kast. Maar dat was juist een prachtige uitdaging. Van het oude muffe huis, een klein paleisje maken.  Augustus 2003 was het eindelijk zover dat wij ons eigenaar mochten noemen van ons nieuwe oude op te knappen huis in Medemblik.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten